Je winkelwagen is momenteel leeg
Deze junior versie maakt het voor kinderen extra aantrekkelijk om op een speelse wijze met cijfers en cijferreeksen bezig te zijn. Vanaf 4 jaar.
Rummikub is er nu ook voor de kleintjes! Deze versie maakt het voor kinderen extra aantrekkelijk om op een speelse wijze met cijfers en cijferreeksen bezig te zijn. Een leuke en leerzame ervaring! Maak mooie cijferreeksen met de gekleurde cijfers op je plankje. Wie legt de slimste combinaties? Ben jij degene die het eerst alle cijfers op tafel heeft liggen? Een spel dat inzicht, durf en tactiek combineert.
Spelers moeten zo snel mogelijk de tegels op hun bordje kwijt zien te raken door de juiste combinaties te leggen. Dat kan met de tegels van je bordje of met de tegels die al op tafel liggen.
In Rummikub zijn de populairste elementen van een aantal bekende spelen, zoals Mah-Jongg, domino, jokeren en aspecten van het schaakspel verwerkt.
De houders voor de Rummikubstenen hebben vrolijke felle kleuren. Ook krijgt iedere speler voor elk goed aangelegde steen 1 beloningsfiche. De winnaar is degene met de meeste fiches.
Voor welke executieve functies kun je Rummikub goed gebruiken?
Reactie inhibitie (ook wel respons inhibitie genoemd) is het vermogen om het eigen gedrag, handelingen en gedachten op tijd te stoppen. Het is het vermogen om na te denken voor je iets doet als het kind erin slaagt de neiging te weerstaan om iets te zeggen of te doen, heeft het de tijd om een oordeel te vormen over een situatie en de invloed daarvan op zijn of haar gedrag. Een jong kind kan al een korte tijd wachten zonder 'ongeduldig' te worden. Een adolescent kan een ingreep van een scheidsrechter zonder morren accepteren.
Emotieregulatie is het vermogen om emoties te reguleren om doelen te realiseren, taken te voltooien of gedrag te controleren. Het is het vermogen om emotionele reacties te reguleren met rationele gedachten. Een jong kind dat deze vaardigheid meester is, kan zich binnen korte tijd van een teleurstelling herstellen, of kan bijvoorbeeld speelgoed met een ander delen. Een tiener weet hoe hij zijn zenuwen voor een wedstrijd of een toets moet beheersen om vervolgens goed te presteren.
Volgehouden aandacht is de vaardigheid om aandacht te blijven schenken aan een situatie of taak, ondanks afleiding, vermoeidheid of verveling.
Een voorbeeld voor een jong kind is een karweitje van vijf minuten voltooien, onder enig toezicht. Een tiener kan met korte pauzes een tot twee uur vol aandacht aan zijn huiswerkopdrachten werken. De aandacht op iets richten betekent eigenlijk dat je om kunt gaan met prikkels én dat je de prikkels kunt reguleren naar belangrijkheid. Dus eerst wordt de aandacht gericht op de meest relevante prikkel. Zeker bij saaie taken is het zeer moeilijk om de aandacht erbij te houden. Kinderen die dit moeilijk vinden herken je doordat ze snel zijn afgeleid, maar ook aan het afraffelen van het werk. Naarmate kinderen ouder worden, wordt meestal ook hun concentratieboog langer.
Realiseer hierbij wel dat jonge kinderen de concentratieboog vijf minuten kan zijn en bij oudere kinderen (pubers) een paar uur. Dit is iets dat dus wel geoefend moet worden.
Planning betreft de vaardigheid om een plan te maken om een doel te bereiken of een taak te voltooien. Het gaat er daarbij ook om dat het kind in staat is beslissingen te nemen over wat belangrijk en niet belangrijk is.
Planning is het vermogen om datgene te beheren wat nodig is voor huidige en toekomstige taken. Een jong kind kan onder enige begeleiding bedenken hoe het een conflict tussen leeftijdsgenootjes kan oplossen. Een tiener kan een plan opstellen om een vakantiebaan te krijgen. Of kan een plan voor vandaag kan maken, waarin het belangrijkste als eerst wordt uitgevoerd.
Doelgericht gedrag is het vermogen om een doel te formuleren, dat te realiseren en daarbij niet afgeleid of afgeschrikt te worden door tegengestelde belangen. Een kind uit groep 5 kan tot de pauze doorwerken aan een taak. Een tiener kan gedurende langere tijd geld verdienen en sparen om iets belangrijks te kopen.
Flexibiliteit is de vaardigheid om plannen te herzien als zich belemmeringen of tegenslagen voordoen, zich nieuwe informatie aandient of er fouten gemaakt worden. Het gaat daarbij om aanpassing aan veranderende omstandigheden. Een jong kind kan zich (meestal) zonder al te veel problemen aanpassen aan een verandering inplannen. Een tiener accepteert een alternatief, bijvoorbeeld een andere taak als de eerste keus niet mogelijk is.
Deze informatie is overgenomen uit de handreiking Executieve Functies van de SLO, welke je hier kunt downloaden.
Items van productcarrousel